Maar ook nu nog luidt de godsspraak van Jahwe: ‘Keert tot Mij terug, van ganser harte, met vasten, met geween en met rouwklacht.’ Scheurt uw hart en niet uw kleren, keert terug tot Jahwe, uw God, want genadig is Hij en barmhartig, lankmoedig en vol liefde, en Hij heeft spijt over het onheil. (Joël 2, 12-13)
Gij weet toch, dat de doop, waardoor wij een zijn geworden met Christus Jezus, ons heeft doen delen in zijn dood? Door de doop in zijn dood zijn wij met Hem begraven, opdat ook wij, zoals Christus door de macht van zijn Vader uit de doden is opgewekt, een nieuw leven zouden leiden (…) ons vroeger ik is met hem gekruisigd (…) het leven dat Hij leeft, heeft alleen met God van doen. Zo moet ook gij uzelf beschouwen: als dood voor de zonde en levend voor God in Christus Jezus. (Romeinen 6, 3-11 passim)
Groeten aan jullie allemaal, mijn liefste broeders!
Terwijl ik u schrijf, houd ik u en de complexe realiteit vast waarmee ieder van u door deze wereldwijde crisis wordt geconfronteerd. Het lijkt erop dat de pandemie ons onze sterke en zwakke punten onthult, zowel in de persoonlijke, nationale als mondiale betrekkingen, op economisch, politiek en religieus gebied. De pandemie is een tijd van grote onthulling, zoals pater Richard Rohr het verwoordt en zoals paus Franciscus lijkt te suggereren terwijl hij bezig is met een systemische deconstructie van onze mondiale structuren in ‘Fratelli Tutti’. Ik wil niets toevoegen aan hun schitterende werk. Ik ben eerder van plan om onze viering van de vastentijd te situeren in wat de pandemie onze wereld onthult en leert. Ik zou de viering van de vastentijd willen visualiseren als een neerwaartse spiraalvormige tocht: hoe dieper we gaan, hoe meer we blootleggen wat er verborgen is in het menselijk hart en in de subculturen van onze wereld die ons gegijzeld houden in de kerker van zonde, angst, onverschilligheid, geweld. Als we allemaal samen deze tocht eerlijk en vastberaden maken, bereiken we een dieptepunt waaruit alle leugens van de zonde, de waanideeën en verdraaiingen van deze wereld voortkomen. Dit is onze graflegging met Christus, zoals de heilige Paulus zegt, waar ons oude zelf met Christus wordt begraven, zodat de Vader een nieuw leven in ons in Christus kan baren. Ik hoop dat we aan het einde van onze 40-daagse vastentocht met Pasen, net als de apostelen na de opstanding, allemaal met hernieuwde vreugde en moed wandelen en de boodschap van Gods liefde en vreugde voor onze wereld uitroepen.
Onze tocht begint met wat de profeet Joël voorstelt: “Kom terug”, “Wend je tot God met heel je hart.” We beginnen de tocht met een vraag: van wie ben ik? Tot wie moet de wereld zich keren? Als we een lange, liefdevolle blik werpen op de wereld en onszelf, lijkt het erop dat de wereld, wij, veel valse goden hebben (manifest aanwezig of verborgen) die we aanbidden, waar we aandacht aan besteden en die we al onze tijd en energie geven. Onze verslavende samenleving lijkt diepgewortelde vormen van afgoderij te koesteren en de ware God van ons diepste verlangen te vervangen door de valse goden van een oppervlakkig leven. Daarom raadt de profeet ons aan om te vasten, te wenen en te rouwen. We moeten versterven aan datgene waarmee we elke dag onze geest en ons hart voeden en dat giftig is en niet afkomstig is van de evangelische waarden. We moeten wenen over het geweld, het onrecht, de onverschilligheid en de hebzucht van deze wereld, omdat we op heel subtiele manieren tot hun betovering hebben bijgedragen. We rouwen om de fouten uit het verleden en leren ze niet te herhalen. De heilige Paulus noemt dit een doop in Christus, wat ook een doop is in zijn dood.
Onze doop is onze inwijding en onze gemeenschap in het Paasmysterie. Wat betekent het dat we bereid zijn te sterven omwille van Jezus en het evangelie? We moeten onze sterven een naam geven. En in de passiviteit van ons sterven in Christus, herstelt zich het verlossende werk van de Vader in ons en in onze wereld naar het oorspronkelijke leven van genade. Wanneer we bewust sterven aan ons oude zelf – het zelf dat tot slaaf heeft gemaakt door de zonde – worden we vrij en leeg van onszelf, maar leven we volledig en authentiek in het nieuwe leven van Christus en in Christus.
En dus, geliefde broeders, mogen we ons allemaal inzetten voor deze tocht van slavernij naar vrijheid, van angst naar vertrouwen, van duisternis naar licht, van zonde naar genade. Moge deze tocht ons nederig maar oprecht geschenk zijn aan de mensen die ons zijn toevertrouwd en aan onze angstige, gefragmenteerde en gewelddadige wereld. Sta mij toe ook mijn diepe waardering uit te spreken voor uw nederig getuigenis voor het Evangelie en voor uw ijverige zorg voor de armen op de u eigen plaatsen die u zijn toegewezen, vooral in deze tijd van de pandemie. Mijn dank gaat uit naar onze broeders die de vijf teksten hebben geschreven en de vertalers van die teksten. Ze waren bedoeld om ons geestelijk voor te bereiden op de heiligverklaring van broeder Charles. Mag ik degenen die deze teksten niet hebben gelezen of erover hebben nagedacht, uitnodigen om ze te raadplegen op onze webstek: www.iesuscaritas.org. En voor degenen die dat reeds hebben gedaan, blijf telkens naar deze teksten teruggrijpen.
Als aanvulling op onze Vastentocht, dacht ik eraan om het proces van ‘herbronning’ te introduceren. In mijn correspondentie met kardinaal Stella van de Congregatie voor de Clerus heeft hij me belangrijke vragen gesteld over onze trouw aan het charisma van broeder Charles en hoe we groeien in onze zending als diocesane priesters, geïnspireerd door zijn spiritualiteit. Uit deze gesprekken is het hele idee ontstaan om met een globale benadering te starten. In plaats van alleen maar op deze vragen te antwoorden, dacht ik eraan om samen in een avontuur te stappen van het ontdekken en terugwinnen van de kostbare edelstenen die misschien voor ons verborgen zijn, maar die ons blijven inspireren. Ik stel een proces voor in twee fasen.
De eerste fase zal meer over feiten gaan. Hier doe ik een beroep op de lokale, nationale en continentale fraterniteitsverantwoordelijken om het grote werk te doen. U, broeders, plaatselijke verantwoordelijken, zult ons feiten over uw plaatselijke fraterniteit verstrekken met betrekking tot het aantal vaste leden en andere belangrijke informatie. Als het enquêteformulier arriveert, lees het dan zorgvuldig door. Bedenk dat de gegevens die u onze universele broederschap verschaft, waar zijn. Een opmerking over gewone (reglementaire) leden. Het zijn broeders die reeds minstens een jaar regelmatig uw maandelijkse bijeenkomst bijwonen of die regelmatig digitaal contact met u of met een van de broeders van uw plaatselijke fraterniteit hebben. Als een broeder contacten op afstand onderhoudt, en hij maakt geregeld verbinding, dan kan hij toch een reglementair lid zijn. Broeders die geïnteresseerd zijn in onze spiritualiteit, maar zich niet konden verplichten tot regelmatige aanwezigheid op bijeenkomsten of regelmatige correspondentie, worden ‘sympathisanten’ genoemd. De sleutel is engagement (commitment). Het enquêteformulier zal u bezorgd worden door uw nationale – of streekverantwoordelijke. U heeft twee weken de tijd om het formulier in te vullen en terug te sturen naar uw verantwoordelijke. Ik dank u hartelijk voor uw genereuze medewerking.
De tweede fase zal enkele maanden of een jaar later plaatsvinden. Het proces zal meer een gemeenschappelijke terugblik op ons leven zijn: hoe groeien we in termen van trouw aan het charisma van broeder Charles en hoe groeien we in onze missionaire ijver als diocesane priesters geïnspireerd door broeder Charles.
Heel erg bedankt, beste broeders. Weet alstublieft dat ik uw continent en uw land in mijn gebed blijf vasthouden. Gedenk mij alstublieft ook in uw gebed. Ik heb dat nodig.
Met broederlijke vreugde,
Eric LOZADA, internationaal verantwoordelijk
Dumaguete, Filippijnen, februari 2021